Cookie beleid SDOUC

De website van SDOUC is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

Ontstaan voetbalsport Ulft

Ontstaan voetbalsport Ulft

In het jaar 1908 werd de basis gelegd voor de groei en bloei van de voetbalsport in Ulft. Dat is te danken aan het onafscheidelijke vriendentrio Piet Meyer, Frans en Marinus Schuurman. Overgekomen uit Breda, waar al voetbal gespeeld werd, probeerden ze dit spel ook hier te beoefenen. Vader Meyer zag wel wat in de idealen van zijn zoon. Mede door hem zo de kans te geven om nu eens de gebroeders Schuurman de loef af te steken omdat de rollen al zo vaak omgekeerd waren geweest.

Op zijn verjaardag kreeg Piet Meyer geld om een echte lederen bal te kopen. Dus ging men naar Emmerich, het toenmalige koopcentrum van deze grensstreek. Daar werd bij de firma Nathan en Gomperts een “echte knikker” gekocht. Toen het ronde speeltuig eenmaal in hun bezit was begon het feest. Vanzelfsprekend kwamen er steeds meer jongelui bij om vriendschap te sluiten met het drietal, want het nieuwe speelgoed werd enthousiast ontvangen door iedereen die er kennis mee maakte. Zo kwamen er meer en meer nieuwsgierige jongemannen en die nieuwsgierigheid ging over in echte interesse toen “wijze vaders” hun zonen verboden om aan dat dwaze spel mee te doen. Met de vinger op hun voorhoofd maakten de ouderen duidelijk hoe zij over het voetbalspel en de beoefenaren ervan dachten. De nieuwe ontwikkeling wekte dus de weerstanden van de vaders en moeders, maar het verbodene lokte met dubbele kracht. Op de “slakkenhoop” (waar nu de brandweerkazerne staat) was al spoedig geen oude schoen meer te vinden. Oude, afgedankte schoenen en oude broeken kregen voor de jeugd meer waarde dan nieuwe.

En veel vaders die hun zonen zo bezig zagen, veranderden langzamerhand van mening. Maar niet alleen de vaders. Ook de jonge kerels, die door de week het zware werk op de fabriek niet schuwden en die ’s zondags het café binnenstapten om er een pot bier te drinken, werden gegrepen door het voetbalgebeuren. Door hun werk waren ze gewend aan orde, regelmaat en leiding. En dus moest er een club komen met een bestuur. Daarin hoorden natuurlijk “de intelligentsten” en “de raddraaiers”. En zo kwam er de dag waarop in zaal Konning de eerste voetbalclub werd opgericht met een bestuur waarin alle groepen vertegenwoordigd waren:
D. Reijmers voorzitter, Th. Bongers secretaris, Th. Weijkamp penningmeester. De bestuursleden: J. Ballange, Th. Kok, B. Welling, L. Bakker en Th. Overbeek.
De “Verholtsweide” (aan de Oversluis ter hoogte van Tankstation Frazer) werd het officiële speelveld en daar speelde in augustus 1908 de met veel bier gedoopte ULFTSE VOETBALCLUB haar eerste wedstrijd tegen een elftal van “De Kruisberg”.

Zes weken later
Het bestuur van de jonge vereniging had het gewaagd om “Gendringen” uit te nodigen. Deze club bestond al enige tijd en had al sportieve contacten met ploegen uit Anholt, Isselburg en Emmerich. De meeste Ulftenaren waren niet zo gelukkig met dat duel, want het kon niets anders dan een debacle worden en Gendringen zou zeker niet aarzelen om de overwinning, die al bij voorbaat vaststond, uit te bazuinen als de triomf van het hele dorp over Ulft en zijn grote fabrieken. Slechts weinige Ulftenaren hadden zich dan ook laten zien, want ze wilden geen getuige zijn van de afgang.

Daar verscheen UVC in de volgende opstelling binnen de lijnen:
Doel: Jos Weijkamp
Achter: Piet Meyer - J. Schuurman.
Midden: Th. Van Raay - D. Reijers - Mart Kemperman.
Voor: Frans Schuurman - Jan Ballangé - Th. Weijkamp - Jan Löwenthal - Th. Bongers.

Laatstgenoemde was de eerste speler die over echte voetbalschoenen beschikte. De Ulftenaren waren geüniformeerd in blauwe broek met gele bies, welke pas enkele uren voor aanvang van de wedstrijd door de heer Lensen kon worden geleverd nadat men hierom had moeten bidden en smeken. Bovendien waren de Ulftse spelers gesierd met een gele sjerp, zoals een der leden dat al eerder in Amsterdam gezien had. Tegen alle verwachting in won UVC met 2-0. Die paar supporters en de elf UVC-ers hieven tegen vijf uur een gejuich aan dat te horen moet zijn geweest tot aan Smithuus en de Polse molen.
Dit succes moest natuurlijk gevierd worden. De muren van café van Raay (thans De Sluis) trilden op hun fundamenten onder de overwinningskreten en krijgsgezangen van de Ulftse voetballers.

Dit historische succes inspireerde UVC nog meer en maakte het clubje erg populair. Daardoor werd voetbal steeds meer het geliefde onderwerp van discussie op de plaatselijke “hutten” en als gevolg hiervan werden velen uit de buurtplaatsen gestimuleerd om ook in hun eigen woonplaats clubjes op te richten. Want vele arbeiders kwamen uit de omliggende dorpen en ook toen al was er grote rivaliteit en naijver tussen die plaatsen.
En nu kwam daar de mogelijkheid bij om zich op sportief gebied met elkaar te meten. De zege van elf spelers uit het ene dorp over elf spelers uit het andere dorp werd gevoeld als de victorie van de hele dorpsgemeenschap.
Dat was dus het begin van Koning Voetbal.
Naarmate de tijd voortschreed werden er steeds weer andere speelvelden (zeg maar weilanden) in gebruik genomen, intensief bespeeld… en weer verlaten.
Zo kwam de voetbalclub terecht bij Smithuus, op De Keyenborg, op de Deurvorsterplaats, bij Dorus Kok, in de wei van Veldkamp aan de Gendringseweg enz.
Uiteindelijk werd een vaste speelgelegenheid gevonden op het Sportpark aan de Voorstsestraat, bijgenaamd De Bult.

Steeds meer clubs
Ook waren naamsveranderingen aan de orde van de dag.
Lagere elftallen kende men in de beginjaren niet. Dit had tot gevolg dat er bij de groeiende belangstelling een teveel aan actieve spelers kwam. Dat leidde al heel snel tot afscheidingen en het ontstaan van nieuwe clubjes. Maar als dan de belangstelling weer wat minder werd en er ontstond een tekort aan spelers, dan smolten die groepen weer samen. Op die manier ontstonden er telkens nieuwe clubnamen en zo komen we in de geschiedenis voor 1929 telkens andere namen tegen: UVC, UVV, Concordia, Sportclub Ulft, VVU, VIOD, ULO en SDO. De groei en bloei van deze clubjes was meestal van korte duur.
Omdat er in die tijd nog niet aan archiefvorming gedaan werd, is er vaak weinig tot niets bekend uit die beginjaren. Wel is bekend dat VVU, spelend in het weiland van Carolus Kok, uitkwam in de GVB en daarin een geduchte tegenstander was.


VVU
Voetbalvereniging Ulft heeft zich het langst kunnen handhaven ofschoon er van competitieresultaten onder deze naam niets bekend is. Wel is zeker dat in het seizoen 1918-1919 de naam “Ulft” voor het eerst genoemd wordt
in de jaarboeken van de Geldersche Voetbal Bond. Naar alle waarschijnlijkheid werd de aanduiding Voetbal Vereniging vervangen door Sportclub, zodat vanaf dat moment gesproken werd van “Sportclub Ulft”, in de standen kortweg aangeduid als “Ulft”.
Vooral in thuiswedstrijden was men een gevreesde tegenstander. Ook voor clubs als Zutphania uit Zutphen en Volharding uit Deventer. De Ulftse spelers kregen toen al de naam echte doorzetters te zijn. Genoemde clubs waren uit de NVB gedegradeerd maar speelden toch het betere voetbal. Als zij hier op bezoek kwamen was de publieke belangstelling behoorlijk groot, temeer er door de grote inzet van de Ulftenaren verrassende uitslagen mogelijk waren.

VIOD = Vooruitgang Is Ons Doel
VIOD werd opgericht door schoolkameraden. Ze speelden met elkaar tot aan de leeftijd waarop de een na de ander een maatschappelijke positie ging innemen. Natuurlijk her en der verspreid en daarmede viel ook deze club weer uiteen. De spelers vormden een vriendengroep. Ook buiten het veld zag men ze samen en een ieder gaf zich volledig wanneer ze op het veld stonden.
Aanvankelijk was dat veld een zandbult achter de Strang. Later gingen ze spelen in de wei van Deurvorsterboer en nog weer later bij Smithuus.
Na het uiteenvallen gingen sommige spelers naar Ulft. Een enkeling stopte met voetballen en tenslotte stapten een paar spelers over naar het opkomende SDSO.
VIOD  speelde in RK-verband en was een van de eerste en trouwste leden van de kring Oost-Gelderland. Deze katholieke bond werd opgericht in augustus 1920. De neutrale club – VVU – onderging toen een flinke aderlating.
De onderlinge rivaliteit tussen VIOD en VVU werkte niet gunstig op de bloei van beide verenigingen en de jeugd voelde zich tot geen van beide groepen aangetrokken. De jongeren gingen zelf over tot het vormen van een eigen clubje. De naam hiervoor ontleenden ze aan een Zaanse club, die in de RKF aan de top meedraaide: SDSO.



SDSO = Samenspel Doet Samen Overwinnen
Een groepje jongelui speelde vaak onderlinge partijtjes in het weiland aan de overkant van de Stockhorsterweg of in “het gat van Ulft”. De onderlinge verstandhouding was zo goed dat ze op een goede dag in 1926 tegen elkaar zeiden: “We kunnen best een eigen voetbalclubje oprichten.” Het eerste initiatief daartoe moet genomen zijn door Jan van Aalst en Beernt van Aken. Plaats van handeling was het ketelhuis van de toenmalige wasserij Veldkamp aan de Oversluis.
En in de zomer van 1926 trokken er voor de zoveelste keer enkele jongelui met een intekenlijst door Ulft om spelers voor hun nieuwe clubje te noteren.
Eerst speelde SDSO in de wei van Veldkamp aan de Gendringenseweg, ongeveer bij de Joodse begraafplaats. Later ging men over naar de wei van Carolus Kok. De vergaderingen werden altijd gehouden bij Jan Kemperman in de bakkerij.
De eerste truien (vroeger sprak men niet van shirts) werden door Rudolf Beran en Jan van Aalst in Bocholt gekocht. De Duitse marken waren in die dagen zeer goedkoop en daarom werden veel inkopen in Duitsland gedaan. Beide heren trokken zelf een aantal truien aan en de rest werd weggeborgen in de wagen van de wasserij. Zelf nam Rudolf nog plaats op een platgedrukte bal en zo werd alles keurig over de grens Nederland binnengesmokkeld.
Technische raadsman was W. Hendriksen, terwijl kapelaan Hegge eveneens het zijne er toe bijdroeg om de jonge vereniging tot grotere groei en bloei te brengen. Met de spelers sprak hij af: “Als jullie honderd gulden bij elkaar brengen, dan doe ik hetzelfde.”
Dat lukte beide partijen en met dat beginkapitaal kon SDSO gaan deelnemen aan de competitie van de Rooms-Katholieke Utrechtse Voetbal Bond (RKUVB).
Naar de uitwedstrijden ging men op de fiets of met de wagen van wasserij Veldkamp. Deze werd dan omgetoverd tot een luxe touringcar. Soms gebeurde het dat de spelers de wagen in Zeddam tegen de bult op moesten duwen.

1928_SDSO_met_namen.jpg

 

Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!